MUZIEK LES
Doel: het lied aanleren en het lied in canon leren. Ook
leren ze geluiden maken met een fiets en
deze geluiden vastleggen op papier. En
het aflezen van muzieknotatie op papier
Wat weten de leerlingen al: ze weten wat voor
vervoersmiddelen er zijn in de stad en wat voor geluid die maken.
Wat kunnen de leerlingen al al: ze kunnen een lied
aangeleerd krijgen. Ze kunnen zingen.
Orientatie
fase:
Vragen aan
de kinderen:
of ze
weleens in eens stad zijn geweest?
Welke
voertuigen er in de stad zijn? (dit laten beantwoorden met een woordweb.
Daarna rijd
je de fiets binnen.
Vragen over
fietsendiefstal:
Van wie is
er wel eens een fiets gestolen?
Komt
fietsten diefstal vaak voor?
Wat doet de
fietsendief met al die fietsen?
Wat kun je
tegen fietsendiefstal doen?
Uitvoeringsfase:
Liedje
aanleren:
Eerst liedje
met de leerlingen lezen en hardop voorlezen daarmee oefen je de uitspraak van
eventuele lastige woorden.
Daarna gaan
we hem eerst met zijn allen zingen.
Daarna alle
jongen
Daarna alle
meisjes
Daarna
zingen met behulp van bord en bordenwisser (tekst uitwissen)
Kinderen
kennen het liedje nu. Als alle kinderen het liedje kennen zingen we het in
canon. Verdelen de groep in 4 groepen. De juf loopt mee met de canon en zingt
steeds het eerste woord mee. Zodat ze gelijk blijven in de canon.
Nu hebben we
een liedje gezongen over een fiets nu gaan we geluiden maken met een fiets.
Er staat een fiets voor de klas. Kunnen we daar geluiden mee
produceren? Iemand wordt naar voren gevraagd om een geluid te laten horen. (denk
aan: bel, spaken, spatbord, stuur = hol, wielen enz. enz.) Kunnen we dit geluid
op papier zetten? Kunnen we het beeldend maken? Het is geen noot dus een
notenbalk hebben we niet nodig. Iedereen tekent voor zichzelf het geluid op een
wit blaadje. De blaadjes worden omhoog gehouden zodat iedereen de tekeningen
van elkaar kan zien. Dit is Grafische partituur: stripsody.
Zo meteen gaat iedereen aan de slag in een groepje. Per groepje is er 1 fiets. Bedenk eerst welke geluiden je allemaal met de fiets kan maken en hoe je deze op papier kan weergeven denk hierbij aan:
- Sterkte (dynamiek) (hoe hard het geluid is)
- de duur van het geluid
- de hoogte van het geluid
- en welk kleur er het beste bij dit geluid past!
Probeer met je groepje van deze geluiden een muziekstuk te maken en deze dus op papier op te schrijven. Als alle groepjes klaar zijn met hun muziekstukken, draaien alle papieren (waar dus je zelf gecomponeerde muziekstukken op beschreven staan) een groepje door! De groepjes gaan proberen het muziekstuk wat ze hebben gekregen te spelen. Begrijpen ze welke tekening voor wat voor soort geluid staat? De groepje krijgen even de tijd om te overleggen en spelen daarna een voor een de muziek (wat zij denken wat het andere groepje bedoeld heeft). Klopt het? Misschien kan het andere groepje uitleggen wat ze met bepaalde dingen in de tekening bedoelden.
Zo meteen gaat iedereen aan de slag in een groepje. Per groepje is er 1 fiets. Bedenk eerst welke geluiden je allemaal met de fiets kan maken en hoe je deze op papier kan weergeven denk hierbij aan:
- Sterkte (dynamiek) (hoe hard het geluid is)
- de duur van het geluid
- de hoogte van het geluid
- en welk kleur er het beste bij dit geluid past!
Probeer met je groepje van deze geluiden een muziekstuk te maken en deze dus op papier op te schrijven. Als alle groepjes klaar zijn met hun muziekstukken, draaien alle papieren (waar dus je zelf gecomponeerde muziekstukken op beschreven staan) een groepje door! De groepjes gaan proberen het muziekstuk wat ze hebben gekregen te spelen. Begrijpen ze welke tekening voor wat voor soort geluid staat? De groepje krijgen even de tijd om te overleggen en spelen daarna een voor een de muziek (wat zij denken wat het andere groepje bedoeld heeft). Klopt het? Misschien kan het andere groepje uitleggen wat ze met bepaalde dingen in de tekening bedoelden.
Afluitingsfase:
Cooling down
om weer even rustig te worden